Druk in de weer
Het is vrijdagmorgen in De Bron. Hier zijn Vera, Marian en Debby elke week te vinden. Van negen tot twaalf uur zijn ze druk in de weer met oasis, emmers, bakjes, kleden, snijbloemen en bolletjes. Op twee grote houten tafels wordt alles zorgvuldig verwerkt en opgebouwd zodat er aan het begin van de middag een prachtig liturgisch bloemstuk in de kerkzaal staat. Daarnaast maken ze ook het weggeefstukje (voor parochianen die wat extra aandacht kunnen gebruiken) en het welkomststukje bij de ingang.
Maar het is geen kwestie van even een simpel bosje tulpen in een vaas gooien. Voor deze vastentijd levert Erna Teule eerst een voorstel aan; zij deed vijfentwintig jaar geleden in de Abdij van Berne een cursus liturgisch bloemschikken, samen met Lilia van Klink. En dat ontwerp volgen de bloemschiksters zoveel mogelijk. Voor komende zondag, Reminescere, wordt de Verheerlijking van Jezus op de berg verbeeld. Een schokbrekerveer die om een vaas heen staat symboliseert veerkracht, terwijl drie witte calla’s Jezus, Mozes en Elia verbeelden. Blauwe hyacinthen staan voor de apostelen die Jezus’ gedaanteverandering mochten zien.
Waarom dan?
Vera, Marian en Debby deden deze week hun inkopen dus niet alleen bij de bloemenwinkel op de Ridderhof, maar moesten ook op pad naar een autobedrijf, om daar in het afval te zoeken naar een veer. Verder plukken ze in de tuin van De Bron hedera, die met tiewraps aan de veer wordt verbonden, terwijl één dame heel het gebouw aan het afzoeken is naar een stuk stof in precies de juiste kleur voor onder het arrangement. En dan moet het kleed ook nog gestreken worden.

Waarom doen ze dit allemaal, elke vrijdag uren bezig zijn en daarbuiten vaak ook nog? Debby is al zeker vijf jaar lid van de bloemengroep en geeft aan dat zij haar creativiteit helemaal kwijt kan in dit werk. Daarbij spreekt de symboliek haar aan, ‘want het betekent echt iets’: eigenlijk voelt het als een spirituele bezigheid. Alles doet zij op gevoel. Dat er zo vaak een puzzel gelegd moet worden (ook gezien het beperkte budget) is voor Debby eerder een uitdaging dan een probleem: ‘Het lukt nog steeds en we zijn goed op elkaar ingespeeld.’
Vera is, ook alweer jaren geleden, gevraagd om mee te doen met de bloemengroep en het leek haar toen al mooi werk. Ondertussen heeft zij al knippend, passend en schikkend ervaren ‘dat er meer is dan hier. Wanneer je gewoon maar aan de gang gaat in de Kerk, dan kom je erachter dat het goed komt.’ Zo heeft zij de bevestiging gekregen dat dit voor haar een goede plek is. Ze kent ondertussen elk plekje in De Bron en gaat er nu proberen het kleedje dat zij ergens heeft opgediept te strijken, zodat het kan dienen als ondergrond.
Marian is op eigen initiatief lid geworden: zij wilde zich meer gaan verbinden met de Kerk, meer met het geloof gaan doen, meer de diepte ingaan. Zij geeft aan dat dit werk haar veel voldoening geeft, ook als er wel eens weinig of geen reactie komt vanuit de geloofsgemeenschap op de stukken die worden gemaakt. Bemoedigend is wat de ondernemers, waar Marian de benodigde materialen haalt, vaak aangeven: regelmatig hoort ze ‘Is goed zo’, wanneer ze zegt dat het voor de Kerk is. Zoals laatst, toen ze flagstones nodig had bij een tuinmaterialenzaak. Ze mochten gratis mee.
Hand in hand

Dat de sfeer er goed in zit, wordt ook al snel duidelijk. Zoals zo vaak gaan het spirituele en het sociale hand in hand: er wordt veel gelachen en gegrapt. En natuurlijk houden ze ook rekening met duurzaamheid: alle bloemen die er nog goed uitzien, worden weer verwerkt in de schikkingen. Sowieso worden veel materialen steeds opnieuw gebruikt, maar omdat de uiteindelijke werken steeds zo anders zijn, is dat geen probleem. Ze zijn drie vrouw sterk en ze redden het goed samen, maar bij vakanties is het lastig om alles rond te krijgen. Mochten er daarom parochianen zijn, die ook graag de handen uit de mouwen steken, dan zijn ze van harte welkom!
Nynke van der Beek